In drie stappen van een monumentaal pand naar een moderne (stads)woning
Het Paleis op de Dam, de Waag in Leiden, het Witte Huis in Den Haag en de muurhuizen in Amersfoort. Stuk voor stuk prachtige, authentieke gebouwen die door de overheid zijn benoemd tot rijksmonumenten. Maar het zijn niet alleen de bekende bouwwerken die het stempel monument dragen. Ook de pastorie of de bakker bij u om de hoek kan een monumentaal pand zijn. Nederland telt in totaal namelijk 61.813 gebouwde rijksmonumenten. Ruim de helft daarvan bestaat uit ‘woningen en woningbouwcomplexen’. De overheid wil de cultuurhistorische waarde van deze panden graag behouden voor Nederland. Daarom zijn de regels voor verbouwen veel strenger, maar zéker niet onmogelijk. Onze interieurontwerper Yannicke Hop-Kruiswijk vertelt hoe je in drie stappen van een monumentaal pand een moderne (stads)woning maakt.
Het verbouwen van een monumentaal pand
Een monumentaal pand heeft een bepaalde cultuurhistorische of wetenschappelijke waarde voor ons land. Er zijn vier verschillende typen monumenten:
- Rijksmonument: een pand dat van algemeen belang is, wegens de schoonheid, de betekenis voor de wetenschap of de cultuurhistorische waarde.
- Provinciaal monument: gebouwen die vanuit de provincie worden beschermd.
- Gemeentelijk monument: een gebouw met plaatselijk of gemeentelijk belang.
- Beschermd stads- of dorpsgezicht: gebieden met beeldbepalende gebouwen met historische karakteristieken.
Of u nu een rijksmonument of een gemeentelijk monument gaat verbouwen, de mogelijkheden voor verbouwen zullen over het algemeen veel beperkter zijn dan wanneer het geen monumentenstatus heeft. Zo mag het vooraanzicht sowieso niet veranderd worden. En ook aan het veranderen van de binnenkant kunnen regels verbonden zijn. Laat u hierover goed informeren door de gemeente of een architect.
Stap 1: Het bouwhistorisch onderzoek vormt de basis van het nieuwe ontwerp
“Op het moment dat wij een opdracht binnenkrijgen om een ontwerp te maken voor de verbouwing van een monumentaal pand, beginnen we altijd met het doorspitten van het bouwhistorisch onderzoek dat de gemeente heeft geïnitieerd”, vertelt Yannicke. “Hierin staat welke elementen in het pand historische waarde hebben en dus bewaard moeten blijven. Deze elementen zet ik vervolgens centraal in mijn ontwerp. Enerzijds omdat het tegenwoordig een trend is om historische, pure, oude materialen zoals hout, steen en staal te gebruiken. Anderzijds omdat ik het mooi vind om de geschiedenis te respecteren.”
Stap 2: Match de wensen van de klant met het bouwhistorisch onderzoek
De volgende stap is om de wensen van de opdrachtgevers te laten matchen met de eisen en waardenstelling uit het bouwhistorisch onderzoek. Yannicke: “Dit onderzoek is natuurlijk heel bepalend voor het ontwerp en het beeld van hoe de woning eruit komt te zien. De structuur van de woning moet vaak bewaard blijven. Maar als je daar creatief mee omgaat, bijvoorbeeld door een uitsparing in de muur te maken, kan je heel veel bereiken en alsnog de wensen van de opdrachtgevers verwezenlijken. Dit kan soms best een puzzel zijn. Zo moest bij de verbouwing van een voormalige dokterswoning in Bunschoten de klassieke structuur van de woning bewaard blijven. Dit betekende in het midden een lange, smalle en hoge verkeersruimte met aan beide kanten verblijfsruimten. Terwijl de wens van de opdrachtgevers juist een begane grond was met zoveel mogelijk een open structuur. We hebben dit opgelost door een grote stalen glazen pui te plaatsen die doorgang biedt van de gang naar de woonkamer. Door de grote glaspartij creëer je open verbindingen tussen de verschillende ruimtes en functies, maar blijft de historische indeling, van een lange gang met daaraan links en rechts verblijfsruimtes, zichtbaar.”
Stap 3: Laat oude en nieuwe elementen elkaar versterken
De derde en laatste stap in het proces moet ervoor zorgen dat het desbetreffende monument echt omgetoverd wordt tot een moderne woning van deze tijd. Hierbij laat Yannicke de oude elementen een spel aangaan met de nieuwe elementen, zodat ze elkaar versterken. Ze vertelt hierover: “Ik probeer altijd een contrast te zoeken. Bijvoorbeeld op kleur of materiaal. Grof vs. fijn, zwart vs. wit. Een houten spantenstructuur vs. een glad gestucte witte wand. Juist doordat de elementen zo contrasterend met elkaar zijn, versterken ze elkaar. En het past ook helemaal in de tijd van nu.”
In een monumentaal muurhuis in Amersfoort uit 1836 heeft Bureau Bos ook gespeeld met contrasten in kleur en structuur. Yannicke: “Kleuren en materialen als hout, staal, glas, beton, wit en zwart maken de ruimte. Zo zijn de houten spanten op de zolderverdieping ingezet als structuur voor de verdeling van de zolderverdieping als gym, gastruimte met badkamer en een wasruimte. Als tegenhanger van de houten spanten, hebben we gekozen voor wit gestucte muren, een betonnen gietvloer en zwarte stalen deuren. Op die manier maak je in mijn ogen een moderne stadswoning in een rijksmonument én respecteer je de eisen uit het bouwhistorisch onderzoek, de historie van het pand en de wensen van de opdrachtgever.”
Bent u geïnspireerd geraakt of bent u benieuwd wat Bureau Bos voor de verbouwing of renovatie van uw monumentaal pand kan betekenen? Neem dan gerust contact met ons op.
benieuwd naar de mogelijkheden?
We vertellen je graag meer over alle mogelijkheden, of het nu gaat om losse diensten of een compleet traject, wij hebben alles in huis om uw project tot een succes te maken!
bureau bos © | Disclaimer | Algemene voorwaarden | Privacyverklaring